Als je met natuurfotografie een beetje je centen wilt verdienen, dan heb je twee randvoorwaarden nodig; een goeie tipgever en een tolerante vriendin. In 2013 was één van mijn workshopdeelnemers zo aardig om mij de gouden tip te geven waar ik dat seizoen op wachtte. Mijn vriendin deed de rest; heel geduldig wezen.
Op een zonnig terras in wildpark het Aardhuis zaten we met enkele cursisten nog wat na te praten toen één van hen mij tussen neus en lippen meldde een groene specht in de tuin te hebben zitten. Nou hoor ik dat tientallen keren per jaar; ’bij ons in de tuin’, maar meestal levert dat een nogal lege tuin op met zo af en toe een dwaalgast. Cees, zo heette mijn tipgever, liet mij een vluchtig genomen bewijsplaatje zien van een verre boom met een groene vlek. Genomen vanachter zijn keukenraam. Zijn mededeling dat ‘hij’ daar nu behalve elke dag ook de hele dag zat, deed mij subiet een afspraak met hem maken. Op een halve vrije dag spoedde ik mij richting Arcen, Limburg. Wat je ver haalt is lekker zullen we maar zeggen. Na vorstelijk ontvangen te zijn door zijn bijzonder gastvrije vrouw, liepen we de tuin in. Niet heel groot, klein moestuintje links, een oude schuur rechts en een kippenren in het midden. Aan het eind stond een oude kersenboom, met een spechtengat op slechts anderhalve meter boven het maaiveld. Te mooi om waar te zijn. Postend vanuit de schuur was het wachten op bewijs. Eén van de toekomstige ouders inspecteerde al binnen een paar minuten het nest in aanbouw. Raak dus!
Met de gastheer maakte ik een deal. Ik zou een schuiltent strategisch in de boomgaard plaatsen waar hij dan regelmatig zelf ook in kon fotograferen. Ik zou enkele dagen samen met hem gaan zitten om hem wat fototechniek bij te brengen en naderhand zou ik hem een cursus Lightroom geven. Eén nadeel; wilde ik deze kans ten volle benutten, dan zaten er flink wat kilometers aan te komen, om nog maar te zwijgen van de vele uren van huis. Nou wordt dat huis vooral door mij alleen bewoond, dus wie maakt je wat, zou je denken. Maar veel van mijn vrije tijd steek ik ook in mijn lieve vriendin en die stond nu flink onder druk; de vrije tijd. Dus een nieuw leven als vrijgezel hing in de lucht.
Klaar voor de nieuwe wereld. Even opletten meneer de fotograaf.
Onze werkplek gedurende een maand. Onopvallend en op gepaste afstand.
Met een 500 mm vanuit een schuiltentje op ruime afstand gaat alles gewoon zijn gangetje.
Pa komt nog even controleren of de kust veilig is.
De eerste afspraak maakte ik met Cees, nadat hij had gezien dat de spechten flink aan het hakken waren en elkaar daar vaak bij aflosten. Een mooie warming up voor het echte werk. Een hele mooie middag in onze vip loge was zo voorbij. Snel weer op weg naar de Veluwe. Een eetafspraak met de vriendin. Op weg naar huis ontdekte ik midden in het aspergeseizoen te zitten. Een briljant idee was geboren. Ik kook ze graag en mijn vriendin eet ze graag. Dus een bosje bloemen werd al gauw een bosje asperges bij thuiskomst. Ik had tijd gekocht. Het witte goud had zijn werk gedaan. Voor even.
Ik ga ieder jaar een paar weken naar de Bijeneters in Frankrijk voor een workshop. De groene specht kostte geld, de bonte bijeneter levert geld op. Met pijn in het hart moest ik het groene gezin achter laten. En mijn vriendin ook. Voor maar liefst drie weken. Nou wist ik dat zij er nog wel zou zijn als ik terug kwam, maar van de spechten was ik niet zo zeker.
De koude en natte lente in Frankrijk was rampzalig, maar die in Nederland had voor een vertraging gezorgd bij de opvoeding van het groene spechten gezin. Exact één dag na mijn terugkomst uit Frankrijk meldde Cees mij nog leven te zien rond de oude kers. En dus spurtte ik wederom zuidwaarts. Precies die middag gebeurde het. Op gepaste afstand was ik getuige van het uitvliegen van vier gezonde jongen. Ik heb zitten janken als een klein kind. Zoveel mazzel, zoveel schoonheid, het werd me even teveel. Al die tijd dat ik in een andere tent naast een Franse rivier had gezeten, waren zij groot gebracht door die twee grote groene kanjers.
Nadat ik Cees en zijn vrouw innig bedankte voor alle gastvrijheid, snelde ik naar huis met een extra grote bos asperges. Mijn vriendin was er inmiddels al wel aan gewend en dus was het alweer gewoon geworden. Toen ze mijn foto’s terug zag, begreep ze ineens waarom ik daar (bijna) alles voor over heb. Ze voegde daar nog aan toe; ‘lieverd, ik ben al lang blij dat ik een vent heb die liever in een schuiltent zit dan in een biertent. Ik spoedde mij naar de keuken waar ik de reeds uitgevlogen asperges in kokend water vleide. Groen voor de noodzakelijke verandering. We hebben er een mooie witte fles bij open getrokken.