Bent u iemand van de tradities? Vind u het ook belangrijk dat alles blijft zoals het vroeger was, toen alles nog beter was? Tradities of rituelen zijn belangrijk voor de cohesie in een samenleving. Ze houden de boel een beetje bij elkaar en helpen soms om trauma’s te verwerken. Maar ze zijn ook onderhevig aan evolutie. Helaas vaak niet van de mens zelf, maar van het geplaagde onderwerp.
Deze maand was het weer zover. Jaarlijks bakkeleien we over het rapen van de eerste kievitseitjes. Ondanks dat een ruime meerderheid inmiddels tegen deze ‘traditie’ is, blijft het maar door zeuren. Maar wat is nou het kenmerk van een traditie. Dit is wat Wikipedia erover meldt;
Een traditie (Latijns; trádere, overleveren) is een gebruik of gewoonte die van de ene generatie op de andere wordt doorgegeven. De functie hiervan is het in stand houden van de maatschappelijke stabiliteit. Tradities kunnen als waardevol worden beschouwd en boven alle kritiek verheven, maar ook als conservatisme dat remmend werkt op de vooruitgang. Hoewel tradities statisch kunnen lijken, veranderen en vernieuwen deze voortdurend.
Ik heb deze uitleg een keer of tien gelezen en pik er steeds die laatste zin uit. Maar dat komt misschien omdat ik u graag naar mijn punt wil leiden. Laat ik voorop stellen dat ik over geen van de tradities ook maar één oordeel wil uitspreken. Het gaat mij er vooral om hoe we omgaan met onze eigen tradities waar we zo aan vastklampen. Wat een andere cultuur doet, dat moeten ze zelf weten. Onthoud voor we verder gaan even deze zes basis emoties die tradities in stand houden; vreugde, verdriet, woede, angst, verbazing en walging.
Wat is de oorsprong van ons volksvermaak
Met betrekking tot de natuur leven er veel tradities. Heel lang geleden kwamen die voort uit religieuze hoek, of waren gerelateerd aan leefgewoontes en de noodzaak om te overleven. Veel tradities komen voort uit puur volksvermaak. ‘Geef het volk brood en spelen en ze houden zich koest’. Kwelspelen werden ze genoemd. Het ‘ganzen trekken’ is een volksvermaak dat voortkomt uit het ‘ganzen meppen’. Noodzakelijk om de ganzenpopulatie te beheersen. Maar het losrukken van de kop van een levende gans, daar zitten veel ongewenste moties onder. En ook het ‘zwientie tikken’ is heel vermakelijk vooral voor dronken heren met een ego probleem, maar de stress die dat het dier oplevert is het niet waard. En van het ‘palingtrekken’ zijn we gelukkig al heel lang verlost. Komt misschien ook, omdat het beest te duur is geworden om aan te gaan hangen. De opstand tegen deze afschaffing, de palingoproer, kostte 26 burgers het leven. Pure woede.
Een levende gans de kop afrukken is niet leuk en van generlei waarde. Ook niet van een dode trouwens.
Het breken met tradities, zoals tijdens het paling oproer, kost soms zelfs mensenlevens.
Boter op ons hoofd
We winden ons allemaal op over het traditioneel afslachten van dolfijnen op de Faeröer eilanden en het traditioneel afsnijden van de strot van een schaap. Maar ik vind het lastig om daar een mening over te geven als je niet uit dezelfde cultuur komt. Want tradities veroordelen van andere culturen is niet aan ons gegeven. Wij stoppen kreeften ook levend in een pan met kokend water tenslotte. De grens wordt voor mij bereikt als we een ander levend wezen geweld aan doen. Het laten lijden voor ons plezier of genot. De economische basis is er meestal al lang geleden uit verdwenen, evenals de religieuze onderbouwing. De emoties die over blijven bij het ter discussie stellen van deze tradities zijn de ‘woede’ om je niet door anderen hun wil op te willen laten leggen, en de ‘angst’ om te moeten veranderen. Want angst is van alle emoties de krachtigste drijfveer om van je af te slaan. Niet open staan voor de redelijke tegenargumenten dat het echt klaar is met je traditionele martelpraktijken. Eieren rapen van een beschermde diersoort is geen discussie meer, dat is ‘remmend op de vooruitgang’. In dit geval die van de kievit, de vogel van 2016. Dus de hotemetoten die nog op zo’n eitje zitten te wachten, ooit bedoeld om hen te melden dat het voorjaar was begonnen en dus dat het zaai-seizoen was ingegaan, die mogen nou eens het goede voorbeeld geven. We hebben daar tegenwoordig het KNMI voor. Tragisch voor Friese stijfkoppen, maar magisch voor het trieste beest. En voor het algemeen belang voor zover dat nog bestaat.
De blauwborst is vanaf maart in het land, dus staan we weer met z'n allen rietkragen plat te trappen waar zij en vele andere rietvogels willen broeden.
Heidekikkers fotograferen in maart is een oude fototraditie. Maar er sneuvelen daarbij heel veel larven en ander bodemleven. Niet de moeite waard dus.
Klokjesgentiaan heeft een hele belangrijke functie. Hij zorgt samen met de mieren voor het voortbestaan van het zeldzame gentiaanblauwtje. Heel houden dus.
In maart weer allemaal de polder in om je eerste paalgrutto te scoren. Maar is dat wel zo milieu- en diervriendelijk met die ronkende auto in een kwetsbare polder.
Traditioneel broedgebieden plat trappen is niet meer van deze tijd.
Wat is zijn toekomst als wij niet willen veranderen. Hij kan dat niet.
Traditioneel fotograferen we elke jaar weer dezelfde onderwerpen op hetzelfde moment. En niet zelden vernielen we het natuurlijk evenwicht van de omgeving van ons onderwerp, doordat we er met z’n allen tegelijk op af stormen. Heidekikkers in maart zijn heel leuk om te doen, maar in sommige poelen wordt er meer dril vertrapt dan goed is voor de soort. En het broodnodige bodemleven rond het zeldzame pimpernelblauwtje wordt vaak flink verstoord door net even teveel foto enthousiasten. Bedenk dus ook of jouw fototraditie nog wel van deze tijd is. En, welke emotie overheerst er nu bij u?